De derde dag: Aarde

De derde dag: Aarde

Viering voor de derde dag van de Scheppingsperiode
– tekst: Marijke de Bruijne
– muziek: Peter Rippen
De begeleiding is te verkrijgen via Peter Rippen:
Meer informatie over deze vieringen vindt u hier

Tekst
De aarde, woest en ledig eens,
onvruchtbaar, onbewoonbaar
en nu een levend huis, met groene, zachte huid,
dat ons voorziet van voedsel, ertsen, gassen, mineralen
en zo ons leven comfortabel maakt.
Aarde,
die met haar schoonheid vreugde geeft.

Canon ¹)
Zie de aarde hoe zij werd,
levend huis om in te wonen.

 

Genesis 1: 9
God zei: ‘Het water onder de hemel moet naar één plaats stromen, zodat er droog land verschijnt.’ En zo gebeurde het.
Het droge noemde hij aarde, het samengestroomde water noemde de hij zee.
En God zag dat het goed was.

Tekst
De vloeibare, ziedende bol
die de aarde was en bleef, miljoenen jaren
koelde langzaam af,
verstijfde tot gesteenten,
aardschollen, drijvend op wat daaronder – nog steeds  –  woedt.

Lied ²)
Hoeveel kennis wij vergaren
over het ontstaan eertijds
van de aarde, des te groter
blijft het wonder overeind

nu wij leven op een aarde
vol fijnzinnig evenwicht
die voorziet in al wat  nodig
voor de hele schepping is

 

Tekst
Land dat uit de zeeën rees,
wind en regen, kracht van water
slepen in eeuwen, talloze eeuwen
en nog altijd,
gesteenten tot gruis en zand,
oerlandschap van water en land.

Een schaal scherp zand neerzetten.

Lied ²)
Veel te groot om te begrijpen
blijft dat wonder van ontstaan
in de schemer van de tijden,
van een steenklomp, woest en kaal,

die zich vormde tot een aarde
vol fijnzinnig evenwicht
die voorziet in al wat  nodig
voor de hele schepping is

 

Genesis 1: 10
God zei: ‘Overal op aarde moet jong groen ontkiemen; zaadvormende planten en allerlei bomen die vruchten dragen met zaad erin.’
De aarde bracht jong groen voort; allerlei zaadvormende planten en allerlei bomen die vruchten droegen met zaad erin. En God zag dat het goed was.
Het werd avond en het werd morgen. De derde dag.

Tekst
Het wonder van het allereerste leven
– waar  niemand het begin van weet –
dat de zee verliet,
groene algen, wortelloze groeisels
die het troosteloze land bereikten en
– wonder opnieuw –
de grond verrijkten voor planten die volgden,
zodat de aarde met groen werd bekleed.

Lied ²)
Algen eerst en mossen later,
sporen waaien landinwaarts,
zo kwam leven uit het water
naar het land, nog leeg en kaal

dat zich vormde tot een aarde
vol fijnzinnig evenwicht
die voorziet in al wat nodig
voor de hele schepping is

 

Tekst
Het lijkt zo gewoon en het is al zo vaak gedaan, wat wij nu gaan doen,
maar laten wij ons met aandacht  bewust worden van de enorme ontwikkeling vanaf de eerste groene bedekking van de aarde tot de enorme variëteit van gewassen die er nu groeit.

Naast elkaar neerzetten:
een schaal met aarde, erin zaaien,
een schaal met kiemen, een pot met bloeiende plantjes,
dan bloemen, vruchten, groenten, zaden, brood of graan neerleggen,
dan weer een schaal aarde waarin wordt  gezaaid.
Dit alles in stilte, terwijl wordt gezongen

Canon ¹)
Zie de aarde, hoe zij werd,
levend huis om in te wonen.

 

 

Tekst
Zaad in de aarde, zaad dat gaat kiemen,
aarde die groen wordt , bloeien gaat,
bloesem die vrucht wordt ,
vruchten weer zaden,
dank de Bron van alle begin.

Dankgebed
Wij danken Jou, uit het diepst van ons niet begrijpende hart,
voor Jouw scheppende Aanwezigheid ,
voor deze prachtige aarde waar wij mogen wonen,
ons levend huis dat ons in alles voorziet,
voor haar schoonheid die ons hart, onze ziel verheugt.
Wij danken jou, bron van alle begin.

Lied ²)
Onze aarde zo bewerken
dat zij mooi en vruchtbaar blijft,
de bedreigingen beperken
waarvoor wij aanspreekbaar zijn,

want wij leven op een aarde
vol fijnzinnig evenwicht
die voorziet in al wat nodig
voor de hele schepping is.

 

Tekst/Credo
Wij zijn ons bewust van de rampen die de aarde bedreigen, wij zien haar kwetsbaarheid.
Aan natuurgeweld kunnen wij niets doen,
maar dat kunnen wij wel aan lucht- en watervervuiling, kernafval, wanbeheer en uitputting van haar rijkdom, het in stand houden van de ons beschermende ozonlaag.
Daar willen wij aan meewerken, voor zover dat in onze macht ligt
want,

Lied ²)
Wij geloven in een aarde,

rijk en bloeiend, levend huis
en wij willen er aan werken
dat dit altijd zo zal zijn.

want wij leven op een aarde
vol fijnzinnig evenwicht
die voorziet in al wat nodig
voor de hele schepping is.

 

Dat beloven wij.

– – – – – – –

¹) De bladmuziek van de canon: zang

²) Het lied kent vijf coupletten: couplet 1couplet 2, couplet 3, couplet 4, couplet 5

 

·> meer vieringen in de Scheppingsperiode

Dit bericht is geplaatst in Bloei, Marijke de Bruijne, Vieringen. Bookmark de permalink.