Nergens of juist Ergens thuis
Openingslied Zomaar een dak (Lied 276)
Welkom
Welkom allemaal bij deze gebedsviering die in het teken staat van de vluchteling. Op 20 juni is het de jaarlijkse wereldvluchtelingendag. Wereldwijd wordt er dan aandacht gevraagd voor het lot van de vluchteling en voor vrede. Door de wereld trekt een stoet van ontheemden: vluchtelingen en asielzoekers, op weg naar een leven in vrede en veiligheid, ontsnapt aan geweld van onderdrukking en oorlog. We hoeven alleen maar te denken aan Syrië, Soedan, Irak en de met mensen volgepakte bootjes die elke dag op Lampedusa aankomen, of het juist niet halen. Mensen die hun huis en land hebben verlaten, op weg naar een leven in vrede en veiligheid, biddend voor een betere toekomst.
Niet alleen vluchtelingen bidden voor een goede toekomst, maar de hele wereld bidt mee en verlangt met hen naar vrede. Dat het ooit ophoudt het leed door geweld, armoede, en uitsluiting. Dat mensen veilig kunnen wonen, daar waar ze zich het meest thuis voelen.
Voor het thema van deze viering hebben we gekozen voor ‘Nergens of juist Ergens thuis’. Wat betekent een thuis voor ons, voor u en voor mij. Laten we stilstaan bij de vraag wat een huis van vier muren en een dak een thuis maakt. En hoe wij, voor de mensen die hier asiel aanvragen, daaraan bij kunnen dragen. Dat de vier muren en een dak, meer is dan alleen onderdak, maar dat ze een thuis mogen worden.
Openen we deze viering in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest, Amen.
Gebed
God, Gij zijt voor mij een huis, waarin ik wonen mag,
dat mij omsluit en toch niet opgesloten houdt.
Ik kan bij U in- en uitgaan.
Gij zijt een dak boven mijn hoofd dat mij veilig
doet zijn voor al wat op mij neerkomt.
Gij zijt een deur die binnen laat of buiten sluit,
al naargelang ik zelf gastvrij ben.
God, wees een huis waarin ik thuis kan raken,
vertrouwd en bij mezelf.
Wees mijn ruimte en mijn onderdak, zodat ik,
uitgaand van U aan anderen een ‘thuis’ kan geven.
Gebed om vergeving
Eeuwige, Gij hebt ons geroepen om elkaar tot zegen te zijn.
Geen andere handen dan de onze hebt Gij
om mensen te brengen tot heelheid – bevrijding.
Vergeef ons dat ’t vaak niet gebeurt.
Zingen Kyrie eleison (Lied 367d)
Wees goed in ons.
Bevrijd in ons kracht tot liefde.
Wees nieuw en vurig in ons, oud en wijs.
Sterk ons om te groeien naar uw beeld.
Zingen Kyrie eleison (Lied 367d)
Wees in ons honger naar eenvoud,
hoop, ontferming, kracht tot liefde,
dorst naar uw vrede.
Help ons uw wegen te gaan.
Zingen Kyrie eleison (Lied 367d)
Lezing Sirach 29: 21-28
De eerste levensbehoeften zijn water, brood, kleding en een huis dat de naaktheid bedekt. Beter een armoedig bestaan onder een dak van planken dan heerlijke spijzen in het huis van een ander. Of je nu weinig of veel krijgt, blijf tevreden, en je wordt niet voor vreemdeling uitgescholden. Het is een ellendig leven om van huis tot huis te gaan, want waar je een vreemdeling bent, mag jij je mond niet opendoen. Je moet gastvrij zijn en je moet te drinken geven en ondankbaarheid is je loon; je krijgt zelfs nog harde woorden te horen. “Kom binnen, vreemdeling! Dek de tafel maar en zet mij voor wat je bij je hebt!” “Eruit vreemdeling! Mijn aanzien eist het! Mijn broer is bij mij komen logeren; ik heb het huis nodig.” Het is zwaar voor een man met verstand dat hem het huis niet gegund wordt en dat hij wordt beledigd alsof hij een schuldeiser is.
Bezinning
Water, brood, kleding en een huis dat de naaktheid bedekt, worden beschouwd als de eerste levensbehoeften. Een huis dat de naaktheid bedekt. We zeggen ook wel eens dat ons huis onze derde huid is. We hebben ons eigen vel en daaroverheen dragen we kleren. Het liefst kleding die lekker zit en waarin we ons fijn voelen; een soort tweede huid. In het openingslied zongen we muren van huid, de derde huid om ons heen, ons huis, ons thuis. Niet zomaar een willekeurig huis maar een plek waar je je veilig voelt, waar je jezelf kunt zijn, waar warmte, liefde, en geborgenheid is. Het is de plek waar je altijd weer naar toe terug wilt keren. Hoe fijn is het niet om, zelfs na een leuke vakantie, weer thuis te komen en in je eigen bed te slapen. “Wat heerlijk om weer thuis te zijn”, zeggen we dan tegen elkaar.
Je huis, je thuis, verlaten doe je niet zomaar. En toch zijn er 50 miljoen mensen die huis en haard hebben verlaten; ontheemden, mensen zonder thuis. Mensen die vluchten voor oorlog, geweld, onderdrukking, honger of armoede. Mensen die in het eigen land echt geen toekomst meer zien. Ze gaan op weg, vaak zonder te weten waar ze terecht zullen komen of wat ze zullen meemaken onderweg. Eén ding weten ze wel. Het zal moeilijk zijn en zwaar. En toch gaan ze. Bang, maar hopend, vertrouwend, en biddend voor een betere toekomst.
Een paar jaar geleden bracht Paus Franciscus een bezoek aan het eiland Lampedusa, naar aanleiding van een ongeluk waarbij heel veel vluchtelingen waren verdronken. Daar riep hij op tot meer solidariteit en liet dit gepaard gaan met een aanklacht tegen onverschilligheid en gebrek aan verantwoordelijkheid; niet alleen van de overheden, maar ook van ieder van ons.
Ik voelde me daardoor aangesproken. Wat doe ik eigenlijk, vroeg ik me af? Wat doen wij, met ons allen. Het is eigenlijk maar zo weinig. Zijn wij niet net als de man die de vreemdeling wegstuurde toen zijn broer kwam logeren? De opvang van asielzoekers laten we graag over aan de asielzoekerscentra. Vaak voelen we ons zo machteloos, zo klein bij dit soort vraagstukken. Misschien herkent u dat gevoel wel. Je voelt je begaan met al die mensen die vechten voor een betere toekomst, je doneert misschien aan de Stichting Vluchteling, maar voor je gevoel kun je maar zo weinig. Laten we in stilte ieder voor zich nadenken over de boodschap van Paus Franciscus, om vooral niet onverschillig te zijn. Wat dat voor ons betekent? Wat er in onze mogelijkheden ligt om wellicht nog meer te doen?
Stilte
Zingen Nada te turbe (Lied 900)
Lezing Genesis 4: 9-10
De Heer zei tegen Kaïn: “Waar is uw broer Abel? Hij antwoordde: “Ik weet het niet. Ben ik dan de hoeder van mijn broeder?” En Hij zei: “Wat hebt u gedaan? Hoor, het bloed van uw broer roept uit de grond naar Mij!”
Bezinning
Adam, waar ben je? Dit is de eerste vraag die God stelt aan de mens. De tweede vraag van God is: “Kaïn, waar is je broer?” God stelt deze vragen omdat hij betrokken is bij de mens. Hij bekommert zich om hem. En dat vraagt God ook van ons, van u en van mij. Om de ander te zien als een broer om lief te hebben en niet gewoonweg als een ander die mij in mijn welzijn stoort. Zo keek Kaïn wel naar zijn broer Abel. “Ben ik mijn broeders hoeder?” was het antwoord van Kaïn op de vraag van God. Met andere woorden, “laat hem het lekker zelf uitzoeken”.
God, maar ook de Paus vragen van ons om de ander, en dan vandaag specifiek de vluchteling, maar ook de mensen die in hun eigen land knokken voor een beter bestaan, niet aan hun lot over te laten. Dan gaat het over gerechtigheid, solidariteit, vrede. Het gaat dan ook om eerlijk voedsel, eerlijk werk, eerlijke kleding, een eerlijk bestaan. We kunnen de Afrikaanse vaders, die wanhopig uitkijken naar een betere bestaan voor hun kinderen, helpen door slaafvrije chocolade te kopen, door geen producten te kopen waar kinderhanden aan hebben gewerkt. Door Fairtrade producten te kopen en andere mensen te stimuleren om dit ook te doen. Daarmee zijn de boeren in arme landen verzekerd van een basisinkomen, waarmee ze hun gezin kunnen onderhouden. En ze krijgen opleidingen waarin ze leren hoe ze de opbrengst van hun kleine lapjes grond kunnen verhogen. Op die manier kunnen we ook helpen om mensen een thuis te geven. Een thuis dat ze niet hoeven te verlaten.
Paus Franciscus zei in zijn homilie in Lampedusa: “Waar is je broer?”, de stem van je broeders bloed roept tot mij, zegt God. Het is geen vraag aan anderen gesteld, de vraag wordt aan mij, aan jou, aan ieder van ons gesteld. Die broeders en zusters onder ons probeerden weg te komen uit moeilijke situaties om een klein beetje rust en vrede te vinden. Ze zochten een betere situatie voor zichzelf en hun gezinnen, maar ze vonden de dood. Hoe vaak vinden dit soort zoekers niet een gebrek aan begrip, aan solidariteit of worden ze niet ontvangen?
Ook als vluchtelingen, asielzoekers hier in Nederland komen moeten ze soms nog jaren in onzekerheid afwachten of ze mogen blijven. Je leest soms de meest schrijnende verhalen. Maar ook hartverwarmende over kinderen die actie voeren om uitzetting van een klasgenootje te voorkomen. Soms met succes. Deze betrokkenheid maakt dat vluchtelingen, asielzoekers, uitgeprocedeerden zich hier thuis kunnen voelen. De vluchtkerk is ook al een begrip geworden. Vele vrijwilligers zetten zich in om het verblijf van mensen die nergens meer heen kunnen iets menselijker en draaglijker te maken. Dat is hartverwarmend. Wij kunnen allemaal een steentje bijdragen, hoe klein die ook is. Bijvoorbeeld door het schenken van een oude fiets voor het asielzoekers centrum, of kleding voor de 1 euro winkel. Met de persoonlijke aandacht voor de ander, je broeder, je zuster, wordt het misschien toch een beetje een thuis.
Stilte
Piano/orgelmuziek
Zingen Laudate omnes gentes (Lied 117d)
Voorbede
Richten we ons vol vertrouwen tot God, die alle leven draagt en voedt:
Wij bidden U God, voor iedereen die ontheemd is. Dat vluchtelingen, vreemden, geen niemanden worden. Dat ze de kracht en de moed mogen ontvangen om door te gaan. Dat zij de hulp ontvangen om een plek te vinden waar ze thuis kunnen zijn.
Wij bidden U God, voor mensen die verantwoordelijkheid dragen voor het asielbeleid. Dat zij ook hun hart laten spreken, omdat het om mensen gaat en niet om nummers.
Wij bidden U God, voor alle vrijwilligers die zich inzetten om van een huis een echt thuis te maken voor alle mensen die dat nodig hebben. Dat ze de inspiratie, kracht, energie en voldoening mogen blijven ontvangen om dit belangrijke werk te blijven doen.
Wij bidden U God, voor ons zelf. Dat ook wij ons hart mogen openstellen voor hen die hun land zijn ontvlucht en een onderkomen bij ons zoeken. We voelen ons vaak zo machteloos. Geef ons de kracht om naar ze toe te gaan.
Bidden we een moment in stilte in persoonlijk gebed, voor wat ons bezighoud en voor de mensen die ons dierbaar zijn.
Houd ons gaande God op uw weg van liefde en wijsheid. Verhoor ons gebed en blijf ons nabij.
Gebed Onze Vader
Zingen Dona nobis pacem (Schenk ons vrede)
Slotgebed
God onze Vader, wij danken U voor het samenzijn in deze viering,
voor de mensen om ons heen,
voor hun zorg en hun vriendschap.
Wij bidden U dat uw Geest ons mag doordringen
om te bouwen aan huizen die een thuis mogen zijn
om te bouwen aan en wereld van recht en vrede.
Dat vriendschap en geluk het mogen winnen
van vijandigheid en ongerechtigheid.
Zodat uw wereld kan komen, die was en is in Jezus uw Zoon en onze Broeder.
Amen.
Zegebede
Mag de weg jou tegemoet komen.
Mag de wind altijd in je rug blazen
Mag de zon je gezicht warm strelen
Mag een zachte regen op je velden vallen.
En mag God jou bewaren in de palm van zijn hand
tot wij elkaar opnieuw ontmoeten.
Slotlied Nu wij uiteengaan (Lied 423)
Genoemde liednummers uit Liedboek Zingen en bidden in huis en kerk.
Marjolein Tiemens
www.groengeloven.com